Een van de eerste bezoekers na het overlijden van mijn man Peter was onze dierbare vriendin: Marieke de Vrij
( Red: Zij is een bekende mediamieke vrouw)
Zich verdiepte zich samen met ons en ontving de boodschap dat Peter in zijn nieuwe leven als voornaamste taak zou krijgen het inspireren van geestelijken in allerlei religies om hen de vernieuwing van spiritualiteit door te geven.
Hierbij volgt een artikel van hem uit een nieuwsbrief van 2007 dat hierover gaat….
Theologie en nieuwe spiritualiteit
door Peter Lamb( theoloog)
Wat in het artikel “Hoe een brug te slaan tussen het reguliere denken en de
vernieuwende spirituele kennis?”, elders in de Nieuwsbrief beschreven,
ervaar ik ook, zij het op een ander vlak.
Vorig jaar plaatste ik een boekbespreking in een landelijk tijdschrift voor
theologie. Voor een studiegroep van psychologen, theologen, politicologen
e.a. te Utrecht een aanleiding mij uit te nodigen van hun groep lid te
worden. Daar ben ik op in gegaan.
In een bijeenkomst om de twee maanden wordt een thema aangesneden dat – voor mij aanvankelijk onverwacht – relatie zou kunnen leggen tussen theologie en nieuwe spiritualiteit. Dit gaat niet zonder slag of stoot. Ook hier gaan ”
heilige huisjes” tegen de vlakte
Tot ver in de middeleeuwen gold de natuur en de bijbel als een open boek
waaruit de zin van het leven gelezen kon worden. Nieuwe inzichten, vanuit de
natuurwetenschap als eerste, maakten het echter noodzakelijk een religieuze
duiding van mens en wereld kritisch te bevragen. Want niet alleen werd wat
mensen in geloof ervoeren door de jaren heen in onwrikbare begrippen
vastgelegd, maar zelfs als maatgevend ( van buitenaf dus) anderen ter
beleving voorgehouden. Deze veruiterlijking werd ( wordt nog) bij uitstek
verbeeld in vormen van machtsvertoon in instituten als de kerken. Voor
beweging en verandering, inspiratie en vernieuwing was geen plaats meer en
maakte de gelovige onmondig en op z’n minst apathisch.
Alles wat sindsdien daaruit en daarna voortgekomen is leidde uiteindelijk
zelfs tot de vraag of er voor God, van oudsher hét mysterie, nog wel plaats
is. ( de polemiek heden ten dage over de ontpersoonlijking van ’t Godsbeeld
illustreert dit duidelijk)
Het gaat er nu om de bronnen van de theologie opnieuw te lezen en in te
stappen in een traditie van mystiek, die eeuwen lang in geloofsbeleving
aanwezig was.
Mystici van alle tijden hebben op de mogelijkheid gewezen het oude – door
opvoeding, frustratie en ambitie vernauwde – ik te laten sterven om plaats
te maken voor een nieuw besef, van zelfbesef, van individualiteit in
verbondenheid. Dit kan niet zonder ’n eerlijke en kritische manier van
kijken, naar jezelf en de wereld. Ook met niet-weten; de bereidheid alles
waarvan je dacht dat het waar was los te laten en opnieuw te bezien en je
door anderen te laten voeden. Dit in een zoektocht naar het hogere Zelf of
naar de goddelijke vonk ín ons, dus niet buiten ons. Ik heb wel eens gezegd
dat christenen, met hun de wereld overstijgend godsbeeld, atheïsten bij
uitstek kunnen zijn.
In het nieuwetijdse denken nu is een aantal impulsen te ontdekken die te
belangrijk zijn om er geen gebruik van te maken, zoals het idee dat het
goddelijke binnen de aardse werkelijkheid te ervaren is. (Dat hiermee ook
een link wordt gelegd naar andere levensbeschouwingen, zoals het boeddhisme,
laat ik nu even buiten beschouwing)
Wat we nu doen is o.m. de bijbel naar zijn inhoud niet aan te passen aan de huidige tijd, wél de tekst, met behulp van wetenschappelijk verworven kennis en eigentijds beleven in begrijpbare taal te formuleren.
Menig verhaal in het Oude en in het Nieuwe Boek blijkt dan b.v. een ( nu verzwegen) visie op geloof in reïncarnatie te bevatten. Hiervan zijn voorbeelden te over.
Menigmaal wordt vóór de geboorte erkend, dat menselijke wezens niet pas bij
hun geboorte ontstaan. Waarom zou een leven vóór de geboorte ook niet een
periode op aarde kunnen zijn? ( zoals ook verondersteld wordt dat er een
leven na dit leven is).
Wij kunnen niet aanhouden dat wat niet in de Schriften staat, dús onwaar zou zijn.
Wil de theologie méér zijn dan het aanreiken van gestolde waarheden, maar
vertolken wat gelovig onder mensen leeft dan dient zij daarvoor dus ook open
te staan en tot “vertaling” te brengen. Om te beginnen met: Stel eens dat
het waar is dat ……
Is er een andere wetenschap te noemen, die niet eerst van een
veronderstelling uitgaat om daarna een theorie te formuleren die een praxis
mogelijk maakt? In de natuurwetenschap kennen we sowieso niet anders. Alles
wordt juist proefondervindelijk bewezen. En ook dan loopt men nog tegen
grenzen aan waarachter het grote onbekende ligt.
Dat de wereld zich in een stormachtige ontwikkeling bevindt ( letterlijk en
figuurlijk) is een open deur intrappen. Maar ik ben er van overtuigd dat de
betekenis en oplossing van vele vragen ( b.v. racisme en geestelijk armoede,
de waarde van een leven van 2 dagen en een van 91 jaar, om er maar twee te
noemen) mede bekeken en gevonden kan worden vanuit het gegeven van
reïncarnatie en wedergeboorte.
Een groeiende aandacht voor het spirituele, met allerlei valkuilen evenwel,
is duidelijk aantoonbaar en niet langer te veronachtzamen. Het is alleen te
betreuren hoe geloofsgemeenschappen zich daar tegen zo afwerend opstellen.
De nieuwetijds gedachte zouden zij als een opstapje kunnen zien als de brug tussen de oude naar een nieuwe theologie te overspannen.